Geen enkel onderwerp ter wereld spreekt zo tot de verbeelding als spookboten.
Ghost ships, schepen die verdwijnen en plots weer opduiken, sloepen gevuld met paranormale items en dingen die er eigenlijk niet meer hoeven te zijn.
Ik kan er niet echt een reden op plakken, waarop spookboten als een magneet op avonturiers werken, maar het is nu éénmaal niet ander.
Het zoeken, vinden EN betreden van spookschepen stond dan ook al LANG erg hoog op mijn to-do-list en ik voelde me als een kind op de vooravond van sinterklaas toen ik plots de kans kreeg om aan een heuse expeditie te beginnen. Een expeditie die ons gaat brengen tot op echte oorlogsschepen en niet zomaar de eerste de beste visserssloep. Gaan we uiteindelijk het antwoord vinden op de vraag of spoken en vooral spookboten bestaan ? Of is het een gevalletje 100% fictie ?
(tekst origineel verschenen op Whatmatters.be)
Wie enigszins een actieve hersencel ter beschikking heeft begrijpt al erg snel dat boten, pardon, SCHEPEN van die omvang niet echt in de Schelde of de Dender te vinden zijn.
Er moet een beetje gereden worden en willen we er voor zorgen dat we bij onze terugkeer nog een job ter beschikking hebben, dan kunnen we ons het best van al maar een beetje optimaliseren qua tijdsgebruik.
Na een eindeloze trip merken we dat de gestroomlijnde autosnelwegen gestaag vervagen en deze plaats moeten maken voor de betere boerenwegels om uiteindelijk te eindigen op een pad waar zelfs een Brabants trekpaard zijn poten op zou breken.
Hier staan we dan .. een omheining .. gedrapeerd door overwoekerend onkruid en bomen die ons niet al te vriendelijk bekijken.
Aan de andere kant van die omheining, daar moeten we zijn, een militair domein met de oppervlakte van Vlaanderen, met aan de ene kant een omheining en aan de andere kant de zee.
Die omheining is om één of andere reden niet echt voorzien van een paneel waarop expliciet staat vermeld dat we er niet over/onder mogen kruipen, trouwens, moest er een paneel hangen zou dat toch in een taal zijn die we niet machtig zijn.
Materiaal erover, wij eronder en stappen maar.
We komen aan op onze eerste checkpoint, een soort recreatiegebied dat door de dappere soldaten vroeger werd aangelegd om te genieten van de weekends dat ze “binnen” moesten blijven.
Erg actief is dat militair domein niet meer, het is eerder 1 grote verlaten boel, maar dat neemt niet weg dat het nog steeds militair is en dat we daar dan ook niet echt een fuifje moeten gaan organiseren. Met de regelmaat van de klok vliegt een helikopter over het domein om te kijken of alles nog staatsveilig, dus mooi out of sight blijven is de boodschap.
De benen moeten rusten, want dag 2 wordt een intensieve dag, een dag waarop we weeral op een schijtuur wakker worden en meteen beginnen te stappen. Stappen richting basecamp, waar we al onze gear volledig kunnen ontplooien.
Dat basecamp zetten we op aan het water, een riant stuk kustlijn dat volledig offlimits is voor de sterveling en waar je dan ook geen kat te zien krijgt … met uitzondering van de helikopter die steevast zijn controles uitvoert.
En daar zien we ze dan liggen .. onze spookboten.
Het eerste wat door mijn gedachten schiet is “die dingen zijn fokking HUGE” …
Afgeschreven militaire schepen, destroyers uit een tijdperk waar we de rode dreiging van de Ivans moesten afschrikken en waar iedere waarneming van een vis in de zee potentieel een duikboot van de Russen was.
Het eerste wat door mijn gedachten schiet is “die dingen zijn fokking HUGE” …
We kennen allemaal wel boten die we zien tijdens de feestdagen van de marine, maar zo wat exemplaren “in the wild” zien liggen, dat is toch van een andere catégorie.
Het tweede wat meteen opvalt is dat die dingen VER liggen. En iets wat eigen is aan de zee is water, water met heel veel stroming en diepgang. Bij het bekijken van foto’s kunnen we al snel gaan denken van “die liggen toch zo heel erg ver niet” maar beeld je dan gewoon in dat 1 zo een boot de lengte van een voetbalveld heeft en probeer die overzet te maken naar de afstand tot aan de kustlijn.
Samengevat : VER.
We ontplooien onze paddleboards en beginnen die op te pompen, we proppen onze waterproof bags vol met onze gear en we trekken de zee op.
Hoe moeilijk kan dat nu gaan zijn ? Ik bedoel, het is maar met uw roeispaan een wat ploeteren in het water en klaar.
Shit …
Naast het feit dat ik totaal niet uitgeslapen ben, realiseer ik mij na 1 uur dat die boten precies niet meer voor ons liggen, maar zo wat aan onze rechterkant genre “andere kant van de planeet”.
Hoewel we geen storm-golven hebben, heeft dat water precies wel een ferm stukje stroming en dat slurpt onze paddleboards gewoon mee.
Dat lijkt hier plots allemaal zo simpel niet meer en wat op Youtube altijd zo eenvoudig lijkt, wordt hier een processie van Echternach.
Komen we dan eindelijk aan bij de rompen van die schepen, moeten we er dan nog op raken ook.
Ik ga jullie de details besparen, ik wil immers niemand op gedachten brengen, maar laat het ons houden op “hetgeen ik in den troep heb geleerd komt van pas”.
Daar staan we dan .. VICTORIE ..
Meteen merken we 2 dingen op.
Om te beginnen zijn die schepen rotter dan de tanden van Pico en kun je jezelf de vraag stellen hoe die dingen in hemelsnaam blijven drijven.
Ten tweede zitten die drijvende wrakken vol maar dan ook VOL met zeemeeuwen.
Zeemeeuwen die blijkbaar allemaal heel erg gezond eten want die schijten de boel gewoon vol.
Waar zo een boot op zich misschien een paar ton weegt, wordt het gewicht in realiteit dubbel door de hoeveelheid vogelkak die overal op het dek ligt.
Maar laat het ons even houden op de essentie van het verhaal .. die boten.
Je moet het toegeven, believer or not, als je bovenaan een hoop drijvend ijzer staat, in-roest, meeuwen die meer mekkeren dan mijn schoonmoeder en geen levende ziel in de omgeving te bespeuren .. het brein speelt al erg snel spelletjes met je.
Iedere vierkante centimeter op het dek heeft dan ook wel iets dat, mede door de wind, lawaai maakt en het duurt niet erg lang alvorens je vanalles en nog iets begint te zien.
Ikzelf geloof voor geen meter in spoken, maar echt op mijn gemak was ik daar toch niet.
Een ongesloten deur gespot en we dalen af tot in de buik van die boten.
And that’s where shit got liquid.
Binnenin de romp wordt ieder geluid, alles wat beweegt (en op zo een boot beweegt er heel wat) 10 keer luider door de echo.
Gangen, deuren, stukken militair materiaal en gescheurde stoffen, allemaal heerlijk overgoten met een heerlijk sausje van geluiden en pikkedonker en je krijgt een situatie waarin je op ieder moment Jason Voorhees tevoorschijn zou zien komen.
Na ongeveer een half uur op die boten kwam de apotheose van de verkenning.
Out of nowhere komt een loeiend harde kreun, een kreun die ettelijke seconden aanhoudt.
Out of nowhere komt een loeiend harde kreun, een kreun die ettelijke seconden aanhoudt. Een kreun die we kunnen vergelijken met een mix tussen een alpenhorn en een didgeridoo maar dan 6 octaven lager.
De kreun is dusdanig luid dat iedere schijt-producerende meeuw in de omgeving zijn scherpe bek gesloten houdt.
En dan .. niets meer ..
Tot vandaag ben ik nog altijd niet zeker over de herkomst van die kreun, ik kan enkel maar veronderstellen dat dit te maken heeft met het uitzetten van de romp of het gevolg van die 2 schepen die aan elkaar trekken.
Ik kan jullie enkel zeggen dat de spanning ter hoogte van mijn sluitspier van het niveau “maakt dat je met uw kloten van dat spel af bent” was en dat ik net niet los het water ben in gesprongen.
Zoals echte spokenjagers dat doen (althans zo zeggen ze dat toch op het internet) hebben we nadien nog eens alle beeldmateriaal en co overlopen, maar echt spoken hebben we daar niet gezien.
Dat het spooky was, daar bestaat geen twijfel over.
Maar uiteindelijk was het avontuur zelf en het “niet door de MP’s gepakt worden” de grootste spanning die we hebben doorstaan, want 48 uur ergens in een buitenlandse bak belanden staat nu toch ook niet echt hoog op mijn to-do-list.
Meer foto’s zijn terug te vinden op onze facebook page.
Een uitzonderlijke dank aan Futureproofedshop.com en Godelina die deze trip praktisch mogelijk hebben gemaakt.