Wreck It, want de boel kapot beuken is nu eenmaal leuk

wreck it - CL1 - foto2 - de foto voor
Een gezellige kamer, vooraleer we compleet los gaan

Stress en een overdosis spanning? Het behoort anno 2020 bijna standaard tot het dagelijkse leven. Op het werk, onderweg of een drukke sociale agenda? Het zijn slechts een aantal voorbeelden van waar de druk vaak in overdrive gaat. Om het leven in balans te houden kunnen we gaan sporten, kunnen we gaan feesten (als dat door coronamaatregelen überhaupt mogelijk is) of zoeken we soelaas in zaken zoals een heerlijke massage of yoga. Maar wat als de stress ongekende hoogtes bereikt? Wat als de stress niet na een potje voetbal verdwijnt? Dan moeten we onze toevlucht nemen tot meer doortastende methodes, zoals de rage room Wreck It in Wingene. 

wreck it - CL1 - foto4 - ook meubelstukken moeten eraan geloven
Niemand die je hier op de vingers gaat tikken

De kamer binnenstappen, een voorhamer vastgrijpen en de boel compleet slopen. Niemand die je op de vingers tikt, niemand die je komt zeggen dat het niet mag en wanneer de hamer zijn charme verliest kun je probleemloos overschakelen op een baseball knuppel of zelfs een wandelstok. Wreck It is een rage room in de puurste zin van het woord. Een uur lang mag je compleet los gaan op alles wat in de kamer staat opgesteld. Het is de ultieme manier om de gespannen zenuwen tot de laatste vezel te gaan kalmeren. 

Een meubelstuk of toch maar meteen een complete wagen?

wreck it - CL1 - foto3 - de foto na
De verplichte foto ‘na’

Is een kamer tot gort kloppen nog steeds niet voldoende? Wreck It biedt eveneens een selectie voertuigen aan die eveneens staan te wachten op een gezonde portie agressie. Uiteindelijk zijn er weinig zaken die in de rage room niet kunnen. Geweld tav andere mensen is een no go en ook de muren blijven het liefst van al recht staan, geen onoverkomelijke eisen dus. Na een uur slopen, beuken en rammen loopt het zweet over de rug en is stress enkel nog een kwalijke herinnering uit een niet-zo-ver verleden. 

Ons trip naar Wingene werd voor het eerst gepubliceerd in de Krant van West-Vlaanderen. (klik)