De dansplaag van 1518: dansen tot je sterft
“Let’s dance till we drop!” Het is een uitdrukking die anno 2020 frequent wordt gebruikt op een vrijdag- of zaterdagavond. Alle remmen losgooien na een stressvolle week op het werk en keihard dansen tot we geen druppel energie meer in onze ledematen hebben. Dansen tot we erbij neervallen klinkt vandaag de dag positief maar in 1518 kreeg de uitdrukking een geheel andere betekenis. In Straatsburg raakten heel wat mensen in de ban van de dansplaag en ze dansten, totdat ze van de uitputting stierven.
Het lijkt enigszins op de aanzet van een stripverhaal maar de dansplaag van Straatsburg is een fenomeen dat, hoewel uitvoerig gedocumenteerd, nooit echt werd verklaard. In 1518 trekt Frau Troffea de straat op en begint ze er uitbundig te dansen. Niemand schenkt er echt veel aandacht aan maar na 6 dagen blijft ze ongeremd doorgaan. Na iets meer dan een week dansen een 30-tal mensen met haar mee en na een maand staan 400 personen melodisch heen en weer te schudden. Volgens geschriften lijkt het wel alsof iedereen in een soort van trance is en niets of niemand kan ze doen stoppen. Uiteindelijk neemt moeder natuur het over en één na één beginnen mensen te sterven van uitputting, uitdroging of hartfalen.
De dansplaag: een vergiftiging of een straf van God?
De dansplaag van 1518 trok de aandacht van zowel wetenschappers als religieuze leiders en allen hadden ze een verklaring. Volgens dokters hadden de slachtoffers last van ‘heet bloed’, een aandoening waardoor het bloed in ons lichaam te warm zou worden en enkel door dansen het kan worden afgekoeld. De beleidsmakers geloofden die piste oorspronkelijk wel en doorheen Straatsburg werden verschillende danspodia gebouwd en werden mensen verplicht dagelijks te dansen. Wanneer tot 15 mensen per dag van pure uitputting overleden, werd dansen onmiddellijk verboden en werd een toevlucht gezocht tot een meer spiritueel antwoord. Geestelijken hadden al snel een antwoord klaar: de dansplaag was een straf van god omdat de vrouwen in die tijd het hadden gedurfd te rebelleren tegen de autoriteit van de man. Muziek, zingen en dansen werd verboden en vrouwen werden (vaak preventief) gestraft om God opnieuw te plezieren.
De dansplaag verdween en dus waren de religieuze leiders ervan overtuigd dat hun draconische maatregelen daadwerkelijk effect hadden gehad. De realiteit is dat de plaag van 1518 nooit verklaard is geweest. Hedendaagse wetenschappers breken er zich nog steeds het hoofd over en één van de meest aannemelijke denkpistes is dat er sprake is geweest van een massale vergiftiging door moederkoorn. De schimmel, die op graan en koren erg frequent te vinden was in die tijd, kon hallucinaties, krampen, spasmen en zelfs bloedverlies opwekken. Hygiëne en voedselcontrole was in de 16de eeuw een onbekende factor dus dit kan een verklaring vormen hoewel dat absoluut niet zeker is.
Een voedselvergiftiging of alsnog een straf van God om de goddeloze vrouwen op hun plaats te zetten? De slachtoffers stierven alvast met een swing.