Méry-sur-Oise, een kleine stad met een groot geheim

Dat de Nazi’s verlekkerd waren op het bouwen van ondergrondse structuren is ondertussen geen geheim meer. De obscuriteit van de diepte zorgde er niet alleen voor dat ze zowat alles in het geheim konden uitvoeren, met meters grond boven hun hoofd waren ze ook veilig van de eindeloze bombardementen van de geallieerden. Net buiten Parijs, in Méry-sur-Oise, steeg hun bouwwoede tot ongekende hoogtes. Een Ondergrondse V2-fabriek, compleet met station en lanceerplatform werd er in een recordtempo gebouwd.

méry-oise
De plannen tonen aan net hoe gigantisch het complex is.

Het verhaal van Méry-sur-Oise begint, vreemd genoeg, nog voordat de oorlog uitbreekt, meer bepaald in 1938. De eigenaar van de steengroeve krijgt er bezoek van 2 Duitse ingenieurs. Met als uitleg dat ze komen kijken hoe men in Frankrijk de mijnindustrie heeft gemoderniseerd, krijgen ze een rondleiding doorheen het tunnelcomplex. Tot op heden spreken heel wat mensen nog over het principe van de ‘5de colonne’ van de Nazi’s. Door gebruik te maken van spionnen, Duitsers die in de te veroveren landen woonden of sympathisanten, konden de Nazi’s heel wat informatie verzamelen over hun vijanden. Het is nog steeds een urban legend want staalharde bewijzen zijn er nooit gevonden maar verhalen zoals die van Méry-sur-Oise gieten alleen maar olie op het vuur.

Een ondergrondse fabriek en een gigantisch station

méry-oise
Een geheim rapport van het Oberkommando met de melden dat ze met opslag kunnen beginnen.

Het bezoek van die ingénieurs verklaart meteen ook hoe de Nazi’s erin zijn geslaagd om in geen tijd een volledige fabriek diep in de berg te gaan bouwen. De mensen van de Todt-organisatie wisten welke gangen klaar waren voor machines, welke plaatsen in de mijn het zwakst waren en waar ze nooduitgangen konden voorzien. Het kolossale project werd in 1942 gestart en kolossaal mag hier letterlijk genomen worden. De onderdelen voor zowel V1 als V2 wapens moesten per trein naar het complex worden gebracht. Die trein kon de berg inrijden via een systeem van bunkers en poorten. Eenmaal binnen konden spionagevliegtuigen hem niet meer zien en waren zelfs de sterkste bommen niet opgewassen tegen de metershoge flanken. In de berg zelf konden de treinen worden uitgeladen, via kraansystemen waarbij de raketonderdelen op een intern railsysteem werden geplaatst. Zodoende konden de vernietigingswapens ondergronds worden geassembleerd en konden ze, via een katrolsysteem, naar een lanceerplatform worden gebracht.

méry-oise
Een V2 op de trein. (foto V2rocket.com)

Troepen, krijgsgevangenen en het meest cruciale onderdeel van de vliegende bommen, brandstof, werden dan weer via vrachtwagens naar binnen gebracht. Die vrachtwagens hadden hun eigen ingang en konden gebruik maken van een ondergrondse snelweg. Via een nooduitgang, aan de andere kant van de berg, konden in geval van nood extra troepen en vrachtwagens naar binnen worden gebracht. 

Een gigantisch project … dat nooit in gebruik werd genomen

méry-oise
Het immense, ondergrondse station

Het gigantische complex van Méry-sur-Oise, dat bestaat uit kilometers aan tunnels, kon een kanteling in de oorlog teweeg hebben gebracht. Het plan was om er niet minder dan 700 V2 raketten operationeel te houden, gekoppeld aan een ondergronds commando en een volledige troepenmacht. Gelukkiglijk kunnen we dit verhaal in de voorwaardelijke vorm schrijven, een vorm van “moest” en “kon. In iets minder dan 2 jaar werd de fabriek opgebouwd en kon in augustus 1944 raketten laten vertrekken. Die raketten kwamen er nooit, treinen nog minder. In juni werden de stranden van Normandië bestormd en in september 1944 werd Méry-sur-Oise bevrijd. Er waren geen grondstoffen noch tijd meer om er de vergeldingswapens te assembleren. Mocht dit wel het geval zijn geweest, dan ging de opmars van de geallieerden het nog harder te verduren hebben gekregen.

Verlaten maar niet zonder gevaar

méry-oise
De noodtunnel, waar brand werd gesticht

Vandaag ligt het complex er verlaten bij en werd zowat iedere vierkante centimeter geplunderd en gevandaliseerd. De weinige elektriciteitskabels en de gigantische tunnels zijn een stille getuige van de waanzin van oorlog en moeten ons eraan herinneren dat we dergelijke scenario’s nooit meer mogen laten gebeuren. De volledige site is in handen van een privé-eigenaar die niet meteen plannen heeft om het geheel voor het publiek open te stellen.

Voor wie zelf op avontuur wil trekken, is een waarschuwing op zijn plaats. Ongeveer de helft van de mijn werd door de Nazi’s van betonstructuren voorzien. De andere helft is nog steeds de mijn zoals het toen werd achtergelaten. Het is een doolhof en instortingen zijn er schering en inslag. Enkele idioten hebben jaren terug ook brand gesticht in de tunnel die naar de nooduitgang leidt. Kalksteen die wordt verbrand stoot een giftig gas uit, gas dat nog steeds niet helemaal uit die tunnel is verdwenen.

Meer foto’s zijn op onze facebook-pagina te vinden: klik