Daar stonden we dan, als 2 halve garen op de knieën, met een fototoestel dat we tegel een ordinair straatrooster aan het duwen waren. Enkele toevallige passanten stopten omdat ze dachten dat we een streetact waren, een werknemer van de gemeente kwam ons vragen of we eventueel onze sleutels kwijt waren.
We stonden er natuurlijk niet zomaar, op het kruispunt van Old Compton en Charing Cross, pal in het centrum van Londen en het straatrooster was ook niet zomaar een straatrooster. Neen, onder onze voeten lagen de resten van een ondergrondse straat, ééntje die de geschiedenis van London (en heel wat steden uit het Britse Koninkrijk) mee heeft helpen tekenen.
Wie door de openingen van het rooster kijkt, ziet er de restanten van een Victoriaans bord met daarop de straatnaam “Little Compton Street”, een straat die in het Londen van vandaag niet meer op de kaarten terug te vinden is. De citytrippers die Charing Cross Road aflopen, kuierend langsheen de talrijke foodbars en alternatieve winkeltjes, lopen (zonder dat ze het zelf beseffen) op wat ooit Little Compton Street was. Om te begrijpen hoe een straat ondergronds terecht kan komen, moet terug naar de jaren 1800.
In 1887 werd de straat ingehuldigd en zag ook een nieuwe urban legend / folklore het daglicht: die van de poor-mans-passage.
London kende een ongeziene expansie. Britten kwamen er zich massaal vestigen, in de hoop een graantje te kunnen meepikken van de economische boom. Dat bracht, naast geld, ook een hoop problemen met zich mee. Mensen leefden er op elkaar, in hun eigen vuiligheid, maar ook de straten van het centrum werden te smal voor een moderne levensstijl. De boel afbreken en heropbouwen werd, voor zover mogelijk, de norm maar in bepaalde gevallen bood ook dat geen oplossing. Problemen met de ondergrond, voorzieningen, of zelfs tijdsdruk schiepen situaties waar er snel en efficiënt gehandeld moest worden. Zo ook viel Little Compton Street in die categorie. Om de smalle straten af te breken was de situatie niet gunstig genoeg en ingenieurs kozen voor een 50/50 aanpak. De bovenste helft van de gebouwen werd afgebroken, de onderste helft bleef bestaan en de nieuwe, moderne straat werd erop geplaatst. De restanten van de oude straat vormden een tunnel, waardoor nutsvoorzieningen tot op hun bestemming werden gebracht. Het lijkt vandaag de dag onmogelijk dat dergelijke beslissingen werden genomen, maar het was toen de norm, met voorbeelden die doorheen het moderne Europa terug te vinden zijn. (cfr. Parijs)
In 1887 werd de straat ingehuldigd en zag ook een nieuwe urban legend / folklore het daglicht: die van de poor-mans-passage.
Het is geen geheim dat wereldsteden, in die periode, het tegen elkaar opnamen in prestige en weelde. Met ons eigenste voorbeeld, Leopold II, op kop, ontstond er soort van wedijver om de mooiste, rijkste en grootste hoofdstad ter wereld te hebben. Iedereen die niet rijk, chique of “normaal” was, moest wijken voor de megalomanie van de vorsten. In Brussel werd iedereen verplaatst naar de buitenrand, in Parijs waren het vooral de begraafplaatsen en de huidige banlieues die het moesten ontgelden en in het Britse Koninkrijk opteerde men voor een nog drastischere methode – ondergronds. Vooral in Edinburgh zijn hiervan nog grote sporen terug te vinden (de Vaults). Wie arm, ziek of ‘unfitting’ was, werd verbannen naar ondergrondse steden. Hoogwaardigheidsbekleders werden op die manier niet geconfronteerd met het zicht van armoede tijdens hun bezoek. Zo ook kreeg Little Compton Street een aparte functie. Londen was 1 grote bouwwerf, die nood had aan duizenden arbeiders. Om hen van hun woning tot aan hun werf te brengen, konden ze enkel gebruik maken van de ondergrondse straten, die sowieso toch de volledige stad bedienden. Het werkvolk was er wel, maar de bourgeoisie zag ze niet.
Het is en blijft natuurlijk een legende, met bronnen die elkaar vaak tegenspreken, maar in het specifieke geval van the British Empire hebben ze natuurlijk wel enkele solide argumenten in huis.
Ongeacht de waarheid van de legende, is het stuk straat dat onder het straatrooster ligt, een laatste en vooral stille getuige van hoe het ooit was. Het ondergrondse netwerk van straten werd, in de loop van de vorige eeuw, volledig dicht gemaakt met uitzondering van dit ene rooster.
Voor wie zelf op zoek wil, het rooster is terug te vinden op het kruispunt van Old Compton Street en Charing Cross Road, pal voor de Salsa-club. Enige voorzichtigheid is wel geboden, want het rooster ligt midden op het kruispunt, met het drukke London-style verkeer dat er aan beide kanten voorbij raast.
De Google maps coördinaten zijn hier terug te vinden. (klik)