Het woord “Dutroux” op zich is in België meestal voldoende om een volledige tsunami aan emotionele reacties in werking te zetten. Dat hij een monster is, dat staat buiten enige vorm van twijfel. Dat “hij” zelfs nog te goed is voor iemand zoals hem, dat we hem als “het” mogen aanspreken is ook een evidentie. Maar Dutroux deed veel meer dan alleen maar het ondenkbare met kinderen, hij creëerde een post-Dutroux tijdperk voor België.
De huidige generatie kinderen zal nooit een andere wereld hebben gekend, een wereld waarin iedere minuut van hun bestaan verantwoord en geduid moet worden. Het niet reageren op een Whatsapp of 30 minuten uit het zicht van je ouders zijn onttrokken, is meer dan voldoende om Child Focus te verwittigen en Alain Remue op TV te laten verschijnen. De ongerustheid van ouders is permanent, de vrees voor het ergste steeds aanwezig.
Bij het vertrek naar het speelplein kregen we, met de choco-smeren nog rond de mond, de bijna obligatoire reflectie “en niet met vreemde meneren meegaan”.
De kinderen uit de jaren 70 en 80 speelden vrij, bleven vaak een volledige dag uit beeld om ‘s avonds, net voor het avondmaal, thuis te verschijnen. Bij het vertrek naar het speelplein kregen we, met de choco-smeren nog rond de mond, de bijna obligatoire reflectie “en niet met vreemde meneren meegaan”. Wanneer een onbekende ons aansprak, liepen we in de andere richting of belden we aan een voordeur aan. De wereld was onbezonnen, en toen kwam 1996.
De beelden staan nog op het netvlies van zowat iedere Belg gebrand. 2 kinderen worden uit een huis in het deprimerende Marcinelle bevrijd. Ze werden ontvoerd en opgesloten door Marc Dutroux, die ook 4 andere kinderen had ontvoerd en vermoord. Aan het schrikbewind van een pedofiel, een ontvoerder en een moordenaar kwam een einde. Het land stond op zijn kop en we kwamen tot de vaststelling dat we niet veilig waren, nooit en nergens. 1996 werd het kantelmoment waarop de vrijheid van kinderen aan banden werd gelegd. Het besef dat die vreemde meneren ons ook met geweld konden meenemen, spookte door de hoofden van zowat alle ouders. Kinderen moesten vanaf nu iedere seconde van de dag in het oog worden gehouden, het post-Dutroux tijdperk was aangebroken.
Het huis van Dutroux, waaruit Sabine en Laetitia werden bevrijd, werd door de gemeente opgekocht. Op die manier kon men vermijden dat één of andere psychoot het zou kopen om het als orakel te gebruiken, maar kon men deze plaats van puur kwaad eveneens transformeren tot een plaats van hoop. Het huis werd hermetisch afgesloten en de gevel omgetoverd tot een kunstwerk. De donkere en suïcidale straat werd door kinderen uit de buurt opgefleurd tot een plaats van niet alleen herdenking maar ook van verzet. Kinderlijke onschuld, daar blijf je af, laat dat duidelijk zijn.
Kinderlijke onschuld, daar blijf je af, laat dat duidelijk zijn.
Een bezoek, al was het maar een passage, aan het huis zou voor iedere Belg verplichte kost moeten zijn. Een confrontatie met de plaats en een moment die een volledige natie kon veranderen. Een plaats van stilte middenin het lawaai en een plaats van bezinning. Het is eveneens een plaats waar buren, die nergens om hebben gevraagd, werden meegezogen in een neerwaartse spiraal. Niet alleen is hun woning geen spreekwoordelijke bal meer waard, het twijfelen moet onmenselijk zijn. Waarom hebben ze in al die tijd niets gehoord? Waarom hebben ze in al die tijd niets gezien?
Dutroux heeft een impact gehad op iedereen, of je erom gevraagd had of niet.
De fotos op groot formaat zijn terug te vinden op onze facebook-pagina. (klik)